Paragrafen

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen

 
Risicobeheer
In deze paragraaf richten we ons op de impact van de risico’s die op dit moment relevant zijn voor de gemeente Zaanstad, zowel financieel als niet-financieel. De paragraaf is daarbij voornamelijk ingericht op de financiële risico’s, maar ook de niet-financiële risico’s worden onder de aandacht gebracht. Daarbij kijken we naar zowel interne als externe ontwikkelingen. Risicomanagement is een vast onderdeel van onze bedrijfsvoering. Dit maakt het mogelijk om bij besluitvorming de risico’s goed af te wegen.
Deze paragraaf begint met het doel van risicobeheer. Daarna beschrijven we het risicoprofiel. Daarbij relateren we de benodigde weerstandscapaciteit aan de beschikbare reserves. Tot slot benoemen we de werkwijze rondom het actualiseren van de risico’s en het bijstellen van de algemene reserve.

Doel van risicobeheer
Het doel van risicobeheer is om op een verantwoorde manier om te gaan met onzekerheden, en zo een redelijke mate van zekerheid te bieden over het realiseren van onze doelen . We willen grip houden op risico’s die gevolgen kunnen hebben voor het behalen van onze doelen, voor de gemeentelijke financiën of voor onze uitvoering van wet- en regelgeving.
Bij belangrijke besluiten kijken we vooraf naar mogelijke risico’s. We schatten in wat de kans is dat het risico zich voordoet, en wat de gevolgen zijn als dat gebeurt. Zo kunnen we bepalen welke risico’s we accepteren, en welke we willen beperken of voorkomen. Risicobeheer draagt bij aan:

  • het realiseren van beleidsdoelen;
  • een betrouwbare financiële verslaglegging;
  • het beheersen van risico’s in processen en projecten;
  • het naleven van relevante wet- en regelgeving.

Door risico’s zichtbaar en bespreekbaar te maken, helpen we de raad, het college en de organisatie om goed onderbouwde keuzes te maken. Ook wordt duidelijk of er voldoende financiële ruimte is om eventuele tegenvallers op te vangen. Dat is belangrijk voor zowel lopend beleid als toekomstige investeringen. Meer informatie hierover tref je in de nieuwe landelijke nota risicobeheersing en weerstandsvermogen.

Soorten risico's en weerstandscapaciteit
Niet alle risico’s zijn financieel van aard. Sommige risico’s hebben vooral organisatorische of maatschappelijke gevolgen. Toch ligt in deze paragraaf de nadruk op financiële risico’s, omdat die bepalend zijn voor het weerstandsvermogen. Dit is wettelijk verplicht op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).
Het weerstandsvermogen laat zien of de gemeente voldoende middelen heeft om financiële tegenvallers op te vangen. Hiervoor vergelijken we:

  1. de beschikbare weerstandscapaciteit (zoals algemene reserves en de post onvoorzien) ;
  2. met de benodigde weerstandscapaciteit (gebaseerd op de risico’s die we in beeld hebben).

De gemeente voert twee keer per jaar een risico-inventarisatie uit. Op basis daarvan wordt via een risicosimulatie berekend hoeveel weerstandscapaciteit nodig is. Hierbij kijken we naar zowel de kans dat een risico zich voordoet als naar het mogelijke financiële effect ervan.

Norm voor het weerstandsvermogen
In de nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen van de gemeente Zaanstad is vastgelegd dat de weerstandsratio tussen de 1,4 en 1,8 moet liggen. Dat betekent dat de beschikbare weerstandscapaciteit minstens 1,4 keer zo groot moet zijn als de benodigde capaciteit, en bij voorkeur niet meer dan 1,8 keer. De gemeente stort extra geld uit de algemene middelen in de algemene reserve als de ratio onder de 1,4 ligt. Als de ratio boven de 1,8 ligt komt er juist extra geld beschikbaar in de algemene middelen. We onttrekken dan een bedrag uit de algemene reserve om op de ratio van 1,8 uit te komen.
Deze bandbreedte is gebaseerd op de normtabel die is opgesteld door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR), in samenwerking met de Universiteit Twente. Deze tabel geeft een waardering aan het weerstandsvermogen, afhankelijk van de hoogte van de ratio.

Waarderingscijfer

Ratio

Betekenis

A

>2,0

Uitstekend

B

1,4 – 2,0

Ruim voldoende

C

1,0 – 1,4

Voldoende

D

0,8 – 1,0

Matig

E

0,6 – 0,8

Onvoldoende

F

<0,6

Ruim onvoldoende

Tabel: normtabel die is opgesteld door het Nederlands adviesbureau voor risicomanagement (NAR) in samenwerking met de Universiteit Twente.  

Werkwijze
Bij het opstellen van deze begroting zijn de risico’s geactualiseerd en is de benodigde weerstandscapaciteit opnieuw berekend. Op basis van deze berekening wordt beoordeeld of de huidige stand van de algemene reserve toereikend is.
In de nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen is vastgelegd dat eventuele aanpassingen in de algemene reserve (aanvullen of afromen) niet bij de begroting plaatsvinden, maar bij de jaarrekening 2025. Dan is namelijk de feitelijke stand van de algemene reserve bekend.
Bij de jaarrekening 2025 worden de risico’s opnieuw beoordeeld en wordt de benodigde weerstandscapaciteit opnieuw berekend. Als uit die berekening blijkt dat de algemene reserve te laag of juist te hoog is, wordt de reserve aangepast.

Deze pagina is gebouwd op 10/15/2025 15:10:51 met de export van 10/15/2025 15:07:16